Waarom betalen we BPM?
In 1992 is de Wet op de belasting van personenauto’s en motorrijwielen geïntroduceerd. We betalen deze belasting om de staatskas te vullen en om luchtvervuiling tegen te gaan.
Omdat de overheid het steeds belangrijker vindt om milieuvervuiling tegen te gaan, is de hoogte van de BPM nu volledig gebaseerd op de CO2-uitstoot van een voertuig.
Je betaalt BPM eenmalig vanaf het moment dat de auto op naam staat.
Hoe wordt BPM berekend?
Sinds 1 januari 2013 wordt de hoogte van de BPM voor personenauto’s volledig berekend op basis van de CO2-uitstoot.
De CO2-uitstoot van personenauto’s wordt bepaalt door de RDW. Vervolgens worden deze bij de keuringsgegevens van de auto vermeld.
Standaard voor het meten van uitstoot
De methode waarmee de hoogte van de CO2-uitstoot wordt bepaalt is gebaseerd op de New European Driving Cycle (NEDC).
Sinds 2017 is het mogelijk om de uitstoot van nieuwe personenauto’s te bepalen met de Worldwide Harmonized Light Vehicles Test Procedures (WLTP).
Via deze procedure worden de WLTP-waarden bepaalt. Deze waarden worden vervolgens via het rekenmodel Co2mpas omgerekend naar NEDC-waarden.
Die bepalen uiteindelijk de hoogte van de BPM.
Hoeveel CO2 stoot mijn auto uit?
Je kunt eenvoudig controleren wat de CO²-uitstoot is van een auto. Je gaat hiervoor naar de kentekencheck van de RDW.
Je vult het kenteken in en gaat naar de tab ”motor & milieu”. Je ziet vervolgens wat de gecombineerde CO2-uitstoot is.
De RDW geeft geen CO2-uitstoot aan
Wanneer de RDW geen CO2-uitstoot aangeeft, dan geldt er een vaste CO2-uitstoot van 507 gram/km voor personenauto’s op benzine en 356 gram/km voor personenauto’s op diesel.
BPM berekenen op basis van de CO2-uitstoot
Je betaalt BPM over nieuwe auto’s. Voor het berekenen van de hoogte van de BPM van nieuwe personenauto’s bestaat een rekenmodel.
Het rekenmodel is gebaseerd op onderstaande tabel uit Artikel 9 van de Wet op de belasting van personenauto’s en motorrijwielen 1992:
Rekensom
Je maakt vervolgens de volgende rekensom:
- Je gaat naar de RDW en checkt de hoogte van de uitstoot
- Deze uitstoot is bijvoorbeeld 147 gram/km
- Je haalt hier vervolgens de waarde uit kolom I vanaf (147 – 139 = 8)
- Je vermenigvuldigt de uitkomst (dus 8) met het bedrag uit kolom IV (8 x €215 = €1.720)
- Je telt hier het bedrag bij op uit kolom III (€1.720 + 7.706 = €9.426)
- Je betaalt in dit voorbeeld dus €9.426 BPM
BPM-toeslag voor dieselauto’s
Omdat dieselauto voor meer vervuiling zorgen is de BPM doorgaans hoger. Je moet namelijk een dieseltoeslag betalen als de auto meer dan 61 gram/km uitstoot.
Je moet de ”standaard BPM” dan berekenen via bovenstaande rekensom. Je maakt vervolgens een extra som:
- Je gaat naar de RDW en checkt de hoogte van de uitstoot van de dieselauto
- Als voorbeeld nemen we een uitstoot van 190 gram/km
- Je verminderd dit vervolgens met 61 (190-61 = 129)
- Je vermenigvuldigd 129 met 88,43 (129 x €88,43 = 11.407,47)
- Tel dit bedrag op bij de uitkomst van de eerste rekensom
De BPM op dieselauto’s is hierdoor doorgaans een stuk hoger dan voor benzineauto’s.
BMP voor plug-in hybride auto’s
Je betaalt voor een plug-in hybride auto een ander BPM-bedrag. De hoogte van de BPM wordt bepaalt met behulp van deze tabel:
Rekensom
Je gebruik vervolgens dezelfde rekensom als bij een benzine- en dieselauto, maar dan met andere bedragen.
Als de plug-in hybride een dieselverbrandingsmotor gebruikt, dan moet er ook een dieseltoeslag worden betaald.
BPM voor gebruikte personenauto’s
Je betaalt geen BPM over tweedehandsauto’s. De eerste eigenaar heeft namelijk al BPM betaald.
Je betaalt deze belasting indirect natuurlijk wel. Want door de BPM is de verkoopprijs waarschijnlijk hoger, dan wanneer de eerste eigenaar geen BPM had moeten betalen.
Rest-BPM over geïmporteerde auto
Je betaalt wel BPM over een geïmporteerde auto uit het buitenland. Je betaalt dan niet het volledige bedrag, maar een zogenaamde rest-BPM.
Je kunt BPM-aangifte doen bij de belastingdienst. De hoogte van de BPM wordt bepaalt door het bouwjaar van de auto en de CO2-uitstoot.
Je kunt de hoogte van de BPM laten vaststellen via een aantal verschillende rekenmodellen:
Je mag zelf het rekenmodel kiezen dat zorgt voor de laagste BPM. Wanneer je een methode gekozen hebt, mag je deze niet meer veranderen.
Je betaalt de belasting dan volgens deze methode.
Geen BPM voor tweedehandse auto’s
Je betaalt geen BPM over personenauto’s (en bestelauto’s, motoren en kampeerauto’s) met een CO2-uitstoot van 0 gram/km.
Je betaalt ook geen BPM over auto’s die 25 jaar en ouder zijn.
BPM voor volledig elektrische auto’s
De hoogte van de BPM wordt dus volledig bepaalt door de CO2-uitstoot van het voertuig. Je betaalt daarom géén BPM over volledig elektrische auto’s, zoals een Tesla Model S.
Auto’s die volledig op elektriciteit rijden zijn tot 2020 vrijgesteld van BPM.
Deze maatregel is getroffen omdat elektrische auto’s volgens de overheid beter zijn voor het milieu. Zakelijke rijders hebben tot 2020 een bijtelling van slechts 4%.
Wanneer kun je de betaalde BPM terugvragen?
Het is in bepaalde situaties mogelijk om (een deel van) de betaalde BPM terug te vragen.
Hieronder staat wanneer dat kan:
- Je hebt de auto geëxporteerd
- Je hebt de auto naar de sloop gebracht
- Je gebruikt de auto voor 90% of meer als taxi
- Je hebt een gehandicaptenregeling\
Overige gevallen
Je kunt de BPM mogelijk ook terugvragen als de auto wordt gebruik als politieauto, brandweerauto, (dieren)ambulance, lijkauto, auto voor gevangenenvervoer, auto voor groepsvervoer van rolstoelgebruikers en voor geldtransporten.
Je kunt de betaalde BPM terugvragen door een verzoek in te dienen bij de Belastingdienst. Je moet dan het formulier ”Verzoek teruggaaf BPM voor bijzondere motorrijtuigen” invullen.